Het kleinste huisje

Het kleinste huisje van Drenthe aan de Secteweg is weer in de oude glorie te aanschouwen. Olde Greetie, die tot 1984 het huisjes heeft bewoond, had waarschijnlijk niet gesnapt waarom ze dat 'oude ding' hebben herbouwd. Haar klein- en achterkleinkinderen zijn er echter heel blij mee, ondanks het feit dat de binnenkant nauwelijks herinneringen oproept aan vroeger.

Olde Greetie is bijna honderd geworden. Tot haar 98e heeft ze in het kleine vervenershuisje aan de Secteweg gewoond. Greetie Linde en haar man hebben er hun vijf kinderen grootgebracht. Nadat de kinderen het huis hadden verlaten en haar man was overleden, is zij er alleen blijven wonen. De woonomstandigheden waren tot het laatst toe uiterst primitief. Een douche was er bijvoorbeeld niet en van de gasaansluiting durfde ze geen gebruik te maken.

Het oorspronkelijke huisje was gebouwd van plaggen, maar werd al vrij snel in steen opgetrokken. Het enige deel dat tot het laatst toe uit plaggen bestond was het achterhuis, dat er later tegenaan is gebouwd. Plaggen zijn nu niet meer terug te vinden. Wel is geprobeerd het huisje zo authentiek mogelijk weer op te bouwen. Daarom is onder meer gebruik gemaakt van de oude steen.

Met enkele oude foto's in de hand stonden Dixksy Spijkerman-Linde, kleindochter van Greetie, en haar man Hilbbert gistermiddag naast het huisje, dat overigens niet op dezelfde locatie maar enkele honderden meters verderop is herbouwd. "De buitenkant is zeker herkenbaar. De binnenkant daarentegen is totaal anders. Je kunt het niet vergelijken. Het is helemaal gemoderniseerd. Dat is wel jammer, hoewel we begrijpen dat het niet anders kon. Maar we vinden het prachtig dat het huisje is herbouwd". De inrichting is in lichte kleuren uitgevoerd, wit met lichtblauw. Het enige herkenbare is de bedstee. Het huisje zal worden verhuurd voor korte vakanties.

Struikelblok

Het kleinste huisje van Drenthe kon worden herbouwd dankzij de inzet van Stichting Het Drentse Landschap. In 1998 is deze stichting een actie gestart voor behoud van het vervenershuisje, dat definitief tegen de vlakte zou gaan. Een sloopvergunning was reeds afgegeven. De actie had succes, hoewel het niet eenvoudig was. Met name de financiering van de herbouw bleek een struikelblok. Uiteindelijk is het monument van de armoede er gekomen met behulp van het Noord Nederlands Bureau voor Toerisme, de provincie Drenthe, de Postcode Loterij, een particulier en de Gemeente Hoogeveen.

Directeur E.W.G. van der Bilt van Stichting Het Drentse landschap toonde zich een tevreden man. "Samen zijn we er in geslaagd iets uit het verleden weer toekomst te geven. Het huisje is een zichtbare plek van de Drentse overlevingscultuur. In samenwerking met de Rijksuniversiteit Groningen gaan wij nu nog aan de slag met het verhaal achter het huisje. Mensen moeten vertrouwd worden gemaakt met hun eigen leefwereld en achtergrond."

Het kleinste huisje is nu te huur als vakantiewoning via Drentslandschaplogies.